Commercieel gebruik van beeldmateriaal gemaakt met AI

Het gebruiken van beeld dat met generatieve AI is gemaakt, is gemakkelijk, snel en goedkoop. Voor het produceren van beeldmateriaal hoeven geen dure fotografen en modellen te worden ingehuurd: tegen een fractie van die kosten kan AI beelden van hoge kwaliteit leveren waar – ogenschijnlijk – levensechte mensen op staan. Maar wat zijn de risico’s? Jasper Klopper en Dirk Visser bespreken de belangrijkste vragen en doen enkele praktische aanbevelingen.  Bron: Bb 2023/42T2_Bb_2317_Pages 3-6

Het ex parte bevel

D.J.G. Visser en C.J.S. Vrendenbarg Kwantitatief onderzoek naar het ex parte bevel over de jaren 2007-2021 verschenen in: Cohen Jehoram e.a. (red.) IE-procesrecht, Constant in beweging, deLex 2022, p. 194-211. 15 jaar geleden werd de Handhavingsrichtlijn (Hrl) geïmplementeerd in Nederlandse wetgeving. Eén van de processuele noviteiten was het ex parte bevel van art. 9 lid 4 Hrl, dat is omgezet in art. 1019e van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). Op grond van dit artikel is het mogelijk via een verzoekschrift een verbod te verkrijgen in zaken ter handhaving van intellectuele eigendomsrechten (IE). Voorwaarde is dat het gaat om een “spoedeisende zaak, met name indien uitstel onherstelbare schade voor de houder van het recht van intellectuele eigendom zou veroorzaken”.

Consultatie Wet wijziging auteurscontractenrecht

Op 4 april 2022 is de internetconsultatie voor het voorstel voor de ‘Wet wijziging auteurscontractenrecht’ gestart. Op het eerste gezicht technische materie voor de absolute IE-specialist. Maar het raakt tal van branches en bedrijven die contracteren met auteurs en andere makers over de exploitatie van hun werk, zoals educatieve en literaire uitgeverijen, nieuwsuitgevers, audiovisuele producenten, platenmaatschappijen, televisie-aanbieders, omroepen en freelance makers (fotografen, schrijvers, journalisten etc.). Dirk Visser & Paul Kreijger Bb 2022/42 Bb 2022/42

Kroniek IE NJB 29 april 2022

De kroniek bestrijkt IE ontwikkelingen in de periode april 2021-maart 2022. In tijden van oorlog blijven ook IE-rechten niet buiten schot. De Haagse octrooirechtspraak gaat te langzaam en het Unified Patent Court begint eind dit jaar. Herhaaldepots zijn vermoedelijk ontoelaatbaar. Uitputting blijft ingewikkeld. Het exploiteren van één snackbar in Goes kan normaal gebruik van een Beneluxmerk opleveren. Overblokkering lijkt mee te vallen. Stukjes van een Ferrari kunnen modelrechtelijk beschermd zijn. Stukjes van een scheerapparaat of een Landrover zijn lastiger auteursrechtelijk te beschermen. Champagne is erg goed beschermd en Delfts Blauw straks ook.

Deepfakes

In deze bijdrage worden enkele juridische aspecten van deepfakes besproken, oftewel niet van echt te onderscheiden nep (-beelden en/of -geluiden). Richard Trouborst, Charlotte Vrendenbarg & Dirk Visser Gekeken wordt naar de positie van de makers van deepfakes, de makers van materiaal dat in deepfakes wordt verwerkt en gedeepfakete personen en hun nabestaanden. De nadruk ligt hierbij op de aard en de omvang van de rechten en de belangen van die betrokkenen, niet op de juridische en praktische handhavings(on)mogelijkheden. Verder ligt de nadruk op deepfakes die niet primair bedoeld zijn om te misleiden, omdat die categorie interessantere vragen oproept dan de evident onrechtmatige categorie van voor misleiding bedoelde deepfakes. De conclusie is onder andere dat alle ‘gedeepfakete personen’ een vérgaande bescherming verdienen, waarbij wordt aanbevolen die bescherming gelijk te stellen aan en onder te brengen bij de nabuurrechtelijke bescherming van uitvoerende kunstenaars zoals zij die genieten onder de Wet op de Naburige Rechten (WNR).

Uitzendvergoedingsrechten

In deze bijdrage wordt geprobeerd om de ‘Implementatiewet richtlijn online omroepdiensten’ uit te leggen. De belangrijkste uitkomst: alle filmmakers krijgen een vergoedingsrecht voor uitzendingen dat collectief wordt geïncasseerd bij de distributeur, de ‘eindexploitant’ die de vergoeding doorberekent aan de consument. En de filmproducent krijgt alle verbodsrechten voor uitzendingen op grond waarvan hij individueel contracteert met de omroep, die op zijn beurt weer contracteert met diezelfde distributeur/‘eindexploitant’. Daarnaast gaat er een oorsprongslandbeginsel gelden voor “ondersteunende online omroepdiensten” dat niet zoveel om het lijf heeft. De belangrijkste praktische vraag naar aanleiding van de nieuwe regeling is welke collectieve beheersorganisatie(s) namens welke eerder nog niet erkende filmmakers hoeveel (extra) geld gaan krijgen. Auteursrecht 2021/2

Nieuw auteurscontractenrecht 2021

Per 7 juni 2021 verandert het auteurscontractenrecht. Auteurs, uitvoerende kunstenaars, uitgevers, producenten en opdrachtgevers worden geconfronteerd met nieuwe regels en nieuwe onzekerheden ten gevolge van Europese harmonisatie. In deze bijdrage wordt een overzicht gegeven van de veranderingen en hoe hier in de praktijk het beste mee kan worden omgegaan. NEDERLANDS JURISTENBLAD − 04-6-2021 − AFL. 22

Kroniek Intellectuele Eigendom NJB 2021

Zowel bij onderscheidende als bij beschrijvende handelsnamen is verwarringsgevaar het enige inbreukcriterium, maar de vrijhoudingsbehoefte wordt erkend. Hema mag geen hemdjes met krokodillen verkopen. In het octrooirecht is er eindelijk een bruikbare toets voor inbreuk door equivalentie. Dwanglicenties op geneesmiddelen blijven onderwerp van veel discussie. Ook in het octrooirecht zijn er nu indicatietarieven voor proceskostenveroordeling. Alle filmmakers krijgen recht op een proportionele billijke vergoeding voor doorgifte. Framed hyperlinken wordt beperkt. Google en Facebook moeten betalen aan auteursrechthebbenden. NEDERLANDS JURISTENBLAD − 23-4-2021 − AFL. 16

Normatief ingevuld verwarringsgevaar bij beschrijvende handelsnamen het enige inbreukcriterium

Hoge Raad 19 februari 2021, ECLI:NL:HR:2021:269 Bb 2021/28 Voor de beantwoording van de vraag of de houder van een oudere handelsnaam het gebruik van een jongere handelsnaam kan verbieden is ook bij beschrijvende handelsnamen het wettelijk criterium van ‘verwarringsgevaar’ het enige vereiste. Bijkomende onrechtmatige omstandigheden zijn niet vereist. Wél dient rekening te worden gehouden met de ‘vrijhoudingsbehoefte’, het gerechtvaardigde belang van derden om beschrijvende namen te kunnen gebruiken.

Auteursrecht-trollen. Hoe ze te herkennen en hoe ze te bestrijden.

Auteursrecht-trollen zijn bedrijven die vergoedingen incasseren die veel hoger zijn dan gebruikelijke vrijwillige licentievergoedingen. Zij doen dit door gebruikers op verschillende manieren onder druk te zetten. Deze bijdrage gaat over auteursrecht-trollen en hun gedrag, de redenen waarom ze bestaan en hoe zij bestreden kunnen worden Dirk Visser, Charlotte Vrendenbarg en Bram Bogaerts AMI 2020/5, p.141- 150